Wonderkamer: Sappige lichamen
Afgelopen jaar werd ik geïnterviewd door mijn collega Jolien Gijbels (VUB) over, hoe kan het ook anders, de vloeibare delen van het lichaam in de geschiedenis. Tegelijk toont ze mooie foto’s van het erfgoeddepot in het Erasmus MC.
“Lichaamssappen roepen vandaag vaak schaamte, afschuw en fascinatie op. Ruben Verwaal onderzocht de wortels van onze huidige omgang in zijn smeuïg publieksboek Bloed, zweet en tranen. Een gesprek over het schrijven van een publieksboek en de waarde van experimenteren voor historici.
“Lichaamssappen, het is een onderwerp dat zowel afschuw als verwondering opwekt. Hoe is het idee voor dit boek ontstaan?
“Precies om die reden. Ik werkte al een proefschrift over lichaamssappen in de geneeskunde van de achttiende eeuw. Ik vroeg me toen af wanneer de theorieën van de vier humoren [de leer uit de klassieke oudheid dat ons welzijn wordt bepaald door de verhouding tussen vier lichaamssappen, oftewel ‘humoren’, JG] ten einde kwamen en de moderne geneeskunde begon. Mijn proefschrift ging dus alleen over die achttiende eeuw. Maar al snel merkte ik bij gesprekken dat lichaamsvloeistoffen fascinatie en walging opwekten. Maar waarom eigenlijk? Dat leek me een perfect onderwerp voor een publieksboek waarin ik uit de achttiende eeuw trad en me richtte op de hele wereldgeschiedenis vanaf de Oudheid tot nu. Hoe hebben mensen lichaamssappen door de tijd heen ervaren? Wat voor cultuurgeschiedenis hebben ze?”
Je kunt het hele interview teruglezen in “Sappige lichamen”, Wonderkamer 10 (2024): 66–69, na het themanummer over ‘Wetenschappelijk wangedrag: De zeven hoofdzonden in de wetenschap’. Bezoek WonderkamerMagazine.nl